LibreOffice 7.5 Help
Kapt een getal af met behoud van een bepaald aantal decimalen.
Deze functie is gelijk aan de AFRONDEN.NAAR.BENEDEN-functie.
De afrondingsmethode die door deze functie wordt gebruikt, staat bekend als afronding naar nul. Het resulterende getal is altijd kleiner dan of gelijk aan het oorspronkelijke getal.
TRUNC(Getal [; Aantal])
Getal: Het getal dat moet worden afgekapt.
Aantal: Optionele parameter die het aantal decimalen definieert dat moet worden bewaard. De standaardwaarde is 0 (nul).
Gebruik negatieve waarden voor Aantal om het gehele deel van het originele Getal af te ronden. Met -1 wordt bijvoorbeeld het eerste gehele getal vóór het decimaalteken naar beneden afgerond, met -2 worden de twee gehele getallen vóór het decimaalteken naar beneden afgerond, enzovoort.
=TRUNC(21,89) geeft 21. Merk op dat dit voorbeeld de standaardwaarde voor Aantal gebruikt die 0 is.
=TRUNC(103,37,1) geeft 103,3.
=TRUNC(0,664,2) geeft 0,66.
=TRUNC(214,2,-1) geeft 210. Let op de negatieve waarde voor Aantal, waardoor het eerste gehele getal vóór het decimaalteken naar nul wordt afgerond.